Metaxourgio

23,95

“Frederiek Lommen toont zich een vaardig, ter zake kundig en geïnspireerd reisleidster.”

Harold Hamersma in NRC Handelsblad

Druiven en Droesem. Een reis langs Griekse wijngaarden

In het boek ‘Druiven en Droesem. Een reis langs Griekse wijngaarden’ beschrijft de auteur mijn zoektocht naar de betere wijnen van Griekenland. Een reis die haar van het uiterste noorden, bij de grens van Turkije en Bulgarije, naar het meest zuidelijk gelegen eiland Kreta bracht. Tijdens die tocht bezocht zij afgelegen kleine dorpjes, beklom zij de hoogste gebergtes van het land en belandde ze tussen de demonstraties in de hoofdstad Athene. Dit reisboek is om die reden ook een beschrijving van het politieke, culturele en fysieke landschap van het hedendaagse Griekenland.

De zoektocht leidde tot de conclusie dat er in de afgelopen paar decennia een ware wijnrenaissance heeft plaatsgevonden. Tot een aantal jaren geleden bestond de hoofdmoot van de Griekse wijnwereld uit producenten en coöperaties die vooral kozen voor kwantiteit. Terwijl in Griekenland in feite alle fysieke elementen aanwezig waren om betere wijn te produceren. Een aantal creatieve Griekse producenten besloot een aantal jaren geleden Franse vinologen om raad te vragen, buitenlandse druivenrassen te planten, oude Griekse rassen weer nieuw leven in te blazen en de productiemethoden te vervolmaken.
Deze wijnmakers kozen voor kwaliteit boven kwantiteit. Dat wierp zijn vruchten af; in de afgelopen jaren konden de Griekse wijnen meeconcurreren met wijnen uit andere landen. Deze cultuuromslag leidde tot het winnen van medailles en prijzen op internationale beurzen en in sommige gevallen tot een mooie plaats op de wijnkaart van sterrenrestaurants.

De titel van het boek is een verwijzing naar een uitspraak van Aristofanes in zijn werk Ploutos: “Wie wijn drinkt, moet ook de droesem nemen”.

Lees hier vast een verhaal uit Druiven en Droesem, een reis langs Griekse wijngaarden

Thracië: het Terra Incognita van het Oosten

“Er wonen woeste en losgeslagen mensen. Wees extra oplettend – ta matya sou tesera – en ga ‘s avonds niet de deur uit.” Dat advies kreeg de Griekse schrijfster Katherine Kizilos, toen ze haar familie op de Peloponnessos liet weten naar Thracië af te reizen. De taxichauffeur, die ze bij het vertrek sprak, voegde daar nog veelbetekenend aan toe: “En eet in Thracië vooral geen worst”. Hij had gehoord dat er mensen waren vergiftigd door het eten van Thracische worstjes. De schrijfster liet zich gelukkig niet afschrikken en bezocht de regio ondanks de vele vooroordelen van de Grieken in haar omgeving. In haar boek Heimwee naar Griekenland lees ik over haar bezoek aan de Thracische steden Alexandroúpoli, Komotiní en Xánthi.

Lees meer

Thracië is misschien wel de minst bekende regio van het hele land. Ook ik wist niet veel meer over Thracië dan een aantal globale kenmerken: dat het hier om een sociaal-economisch achtergebleven gebied gaat met van oudsher veel tabaksplantages en katoenteelt. Dat de bevolking voor een groot deel uit moslims bestaat. Dat er bijzondere natuurgebieden zijn die ernstig worden bedreigd door de jacht en milieuverontreiniging. En dat de poreuze grens door veel vluchtelingen wordt gebruikt om vanuit Turkije Europa te bereiken.

Eind jaren ‘80 kwam de gedachte om naar Thracië te gaan voor het eerst bij me op. Mijn toenmalige Griekse geliefde S. zag dat duidelijk niet zitten. Hij was zelf afkomstig uit een klein bergdorp in Grieks Macedonië en beschouwde Thracië als de meest achtergebleven provincie van het land. Alle Thraciërs die iets in hun mars hadden, waren naar het buitenland of de grote steden Athene en Thessaloníki geëmigreerd. Zij die er nog wel woonden, waren oud, boers en ook nog Turks, was zijn verhaal. Wat zijn mening zeker kleurde, was het gegeven dat hij zijn militaire dienstplicht in het uiterste oosten van Thracië had verbracht. Twee jaar lang had hij aan de grens moeten patrouilleren om ervoor te zorgen dat de Turken het land niet zouden binnenvallen. Dat was midden jaren ’80.

Het enige voordeel van deze voor hem verder volstrekt nutteloze tijd waren de ideeën over kleding, muziek en gedrag die hij had overgenomen van de Amerikaanse NAVO-militairen die ook op deze basis waren gestationeerd. Toen ik hem leerde kennen, een paar jaar na het beëindigen van de dienstplicht, droeg hij dan ook Levi’s, stak hij zijn sigaretten aan met een Zippo, reed hij motor en luisterde hij naar the Doors. Maar samen Thracië bezoeken, was uitgesloten. Mijn voorstel om met zijn motor naar Istanbul te rijden, was helemaal een brug te ver. In die periode was het voor de meeste Grieken volstrekt ondenkbaar als toerist Turkije te bezoeken.

Als ik die ochtend uitcheck bij het hotel in Thessaloníki, kijkt de receptionist me verbijsterd aan: “Thracië? Wat ga je daar doen? Tabak, katoen en Turken is alles wat daar is!” “En goede wijn blijkbaar”, voeg ik daaraan toe. De receptionist kijkt bedenkelijk. Gelukkig zegt hij niets over Thracische worstjes. “En voor het vrouwelijk schoon hoef je daar ook niet heen”, voegt hij er richting E., mijn partner, aan toe.

We willen de komende tien dagen zoveel mogelijk zien van Thracië. En dat zal niet meevallen. Het gebied heeft een oppervlakte van iets meer dan 8500 km2. Dat is vergelijkbaar met de Nederlandse provincies Friesland en Groningen bij elkaar. Thracië bestaat uit drie departementen: Xánthi, Rodópi en Evros. Xánthi is het meest westelijk gelegen departement, Evros het meest oostelijke, en Rodópi ligt er tussenin. Thracië ligt als het ware tussen de buurlanden ingeklemd: aan de noordkant wordt deze regio begrensd door Bulgarije en aan de oostkant ligt Turkije. Die geografische omstandigheden zijn van grote invloed op de politieke en culturele aard van het gebied. Een groot deel van de bewoners is dan ook afkomstig uit deze buurlanden en bestaat uit moslims en Bulgaren.

De reden dat ik hier nu ben is niet alleen mijn nieuwsgierigheid naar Thracië in het algemeen. Ik ben ook op zoek naar de interessante wijnproducenten in deze uithoek van het land. De organisatie van wijnproducenten uit de noordelijke provincies van Griekenland heeft sinds midden jaren ‘90 een aantal initiatieven genomen om de wijn uit deze gebieden meer te promoten. Onder de naam The Wine Roads of Northern Greece zijn in navolging van het grote voorbeeld, wijnland Frankrijk, routes uitgezet. Routes waarbij niet alleen wijnhuizen en de wijngaarden, maar ook hotels, restaurants en andere bezienswaardigheden bij elkaar worden gebracht. Het project is deels gefinancierd met Europese subsidies die bedoeld zijn om rurale gebieden een extra stimulans te geven. Deze week volg ik misschien wel de meest exotische van alle acht uitgestippelde tochten, The Wine Route of Dionysos. Dat is de route die het meest onbekende, verafgelegen gebied van noordelijk Griekenland aandoet: Thracië en Oost-Macedonië. De naam draagt de naam van Dionysos omdat de god van de wijn daar, aan de voet van het Pangéo-gebergte, zou zijn geboren.

De tocht noordwaarts van Thessaloníki naar de provinciestad Sérres brengt ons door een heuvelachtige landschap met na een tijdje een fantastisch uitzicht op de gebergtes in het Noorden: Vrondous en Meníkio, met toppen die de 2000 meter net niet halen. Ik ben nog niet in Thracië. Deze regio heet Oost-Macedonië en maakt wel deel uit van de bestuurlijke regio Oost-Macedonië en Thracië. De tweede helft van de tocht voert door het dal van de Strymónas, een rivier die in buurland Bulgarije ontspringt en uiteindelijk uitmondt in de Egeïsche Zee. Dit is een gebied waar je als gewone toerist niet zo snel komt.

Meer weten over Griekenland?

Over Frederiek Lommen

Frederiek Lommen is medeoprichter van Passionate Nomads. In het dagelijkse leven is zij raadsadviseur en plaatsvervangend griffier bij een gemeente. Daarnaast is zij journalist, reisschrijver en Griekenland-kenner. Zij schrijft al meer dan twintig jaar voor diverse tijdschriften en kranten over uiteenlopende onderwerpen: reizen, bergwandelen, wijn, cultuur en politiek. Haar speciale expertise betreft Griekenland. Inmiddels zijn er drie boeken over dit land van haar hand verschenen.

Druiven en droesem, een reis langs Griekse wijngaarden

Frederiek Lommen
Eerste druk september 2011

Redactie Yvette Cramer
Illustraties Beer Visser

367 pagina’s, inclusief kaarten
ISBN 978 90 77557808
€ 23,95